Jurisprudentie selectie Zorg – april 2024

Jurisprudentie selectie Zorg – april 2024

Jurisprudentie selectie Zorg – april 2024 150 150 Capra Advocaten

In dit overzicht van jurisprudentie voor de zorgsector over de afgelopen periode bespreken we weer diverse rechterlijke uitspraken relevant voor de rechtspositie van zorgprofessionals en zorgwerkgevers.

1. Ondanks onterechte verwijten van werkgever, toch ontbinding arbeidsovereenkomst

Werkneemster is baliemedewerkster/tandartsassistente bij een tandartspraktijk. Kort na haar in diensttreden heeft een andere werknemer melding gemaakt van ontoelaatbaar gedrag van de baliemedewerkster. Zij is daarna zonder mededeling van de reden geschorst. Werkgever heeft onderzoek gedaan, waarna zij geconcludeerd heeft dat werkneemster zich schuldig heeft gemaakt aan ernstig verwijtbare handelingen. Werkgever verzoekt de kantonrechter haar arbeidsovereenkomst te ontbinden, maar de rechter wijst dit verzoek af. Over verwijten tegen werkneemster betreffende het vragen en zinspelen op seks, niet ingrijpen bij haar handtastelijke echtgenoot, drugs aanbieden en gebruiken, herhaaldelijk verspreiden van leugens over collega’s, kan volgens de rechter niet vastgesteld worden dat de werkneemster een relevant verwijt gemaakt kan worden. Bovendien was het onderzoek gebrekkig. Volgens de rechter is de arbeidsverhouding wel verstoord, waardoor de arbeidsovereenkomst toch wordt ontbonden. De rechter veroordeelt werkgever om een transitievergoeding en een billijke vergoeding aan werkneemster te betalen.

Rechtbank Limburg 29 januari 2024 (ECLI:NL:RBLIM:2024:695)

2. Opname van reanimatie bekijken met collega’s leidt tot ontslag op staande voet

Betreft een verpleegkundige spoedeisende hulp bij een ziekenhuis. In augustus 2023 heeft zij een reanimatie uitgevoerd. Nadat de poging tot reanimatie was opgegeven, heeft werkneemster de bewakingsbeelden bekeken en opgenomen met haar privételefoon. Vervolgens heeft ze deze beelden met collega’s bekeken. Hierover is een anonieme melding gedaan aan de werkgever. Werkneemster is daarna geschorst. Kort daarna is werkneemster op staande voet ontslagen. Nabestaanden hebben naderhand verklaard dat geen toestemming is gevraagd of verleend om de beelden op te nemen. De kantonrechter oordeelt dat het ontslag op staande voet standhoudt wegens strijd met de privacy van de patiënt en het ontbreken van een te rechtvaardigen doel of reden.

Rechtbank Limburg 1 februari 2024 (ECLI:NL:RBLIM:2024:696)

3. Verzwijgen alcoholproblematiek geen reden ontslag op staande voet

Werkneemster is begin 2023 in dienst getreden bij een ziekenhuis. In juli van dat jaar is zij door een bedrijfsarts gezien, na het herhaaldelijk te laat of niet komen opdagen. Er was sprake van klachten en beperkingen die gezien konden worden als uiting van ervaren spanningen. De bedrijfsarts adviseerde daarom om voor een korte periode afstand te doen van het werk. In september heeft werkneemster de Spoedeisende Hulp bezocht wegens overmatig alcoholgebruik. Kort daarna laat de echtgenoot van werkneemster aan het ziekenhuis weten dat naast een burn-out er ook een alcoholprobleem speelt. De werkneemster erkent in een telefoongesprek op de dag vóór haar opname, dat zij vanaf januari 2023 een alcoholprobleem heeft. Werkneemster wordt op staande voet ontslagen wegens het verzwijgen van ernstige alcoholproblematiek in het sollicitatieproces, terwijl zij wist of behoorde te weten dat deze haar ongeschikt maakte voor de vervulling van de functie. De rechter oordeelt echter dat het ziekenhuis eerst had moeten controleren of zij de verklaring van werkneemster wel goed begrepen had. De kantonrechter oordeelt bovendien dat uit de manier van werken van werkneemster niet geconcludeerd kan worden dat zij een ernstig alcoholprobleem/alcoholverslaving had bij de sollicitatie. Het ontslag op staande voet is daarom volgens de rechter niet rechtsgeldig.

Rechtbank Zeeland-West Brabant 23 februari 2024 (ECLI:NL:RBZWB:2024:1165)

4. Een ander oordeel van de verzekeringsarts dan de bedrijfsarts leidt niet tot vaststelling onzorgvuldig handelen door bedrijfsarts

Werkgever vindt dat de arbodienst tekortgeschoten is in de nakoming van de verplichtingen. Adviezen waren volgens de werkgever immers niet juist. De bedrijfsarts had geadviseerd om een arbeidsongeschikte werknemer niet te belasten, omdat de werknemer eronder zou lijden. De verzekeringsarts van het UWV komt echter tot een ander oordeel en geeft aan dat de werknemer wel mocht worden belast. Op grond hiervan heeft het UWV een loonsanctie opgelegd aan werkgeefster. De rechtbank oordeelt dat het enkele feit dat de verzekeringsarts van het UWV een ander oordeel over de re-integratiemogelijkheden van de werknemer heeft dan de bedrijfsarts, niet betekent dat het UWV daarmee de zorg van een goed opdrachtnemer niet in acht heeft genomen. Er is meer voor nodig om vast te stellen dat een bedrijfsarts onzorgvuldig heeft gehandeld.

Rechtbank Midden-Nederland 28 februari 2024 (ECLI:NL:RBMNE:2024:971)

5. Vallen bereikbaarheidsdiensten onder arbeidstijd?

Werknemer werkt bij een Ambulancedienst. Er is sprake van 24-uurs diensten, waarvan er 12 uren parate dienst zijn en 12 uren bereikbaarheidsdiensten. Bij een oproep gedurende de bereikbaarheidsdiensten dient een medewerker binnen een streeftijd van 2 minuten te reageren. Werknemer vindt dat de bereikbaarheidsdiensten moeten worden aangemerkt als arbeidstijd. De Hoge Raad oordeelt dat als de reactietijd een zodanige impact heeft dat de werknemer aanzienlijk wordt beperkt in zijn mogelijkheden om tijdens zijn wachtdienstperioden zijn tijd vrij in te vullen, deze perioden integraal als arbeidstijd moeten worden beschouwd. Een laag gemiddeld aantal interventies kan daaraan niet afdoen, zelfs niet als de werknemer zelden moet interveniëren.

Hoge Raad 15 maart 2024 (ECLI:NL:HR:2024:426)

Blijf op de hoogte

Wilt u op de hoogte blijven van de laatste jurisprudentie voor de zorgsector? Meldt u zich dan aan voor onze maandelijkse nieuwsbrief met rechterlijke uitspraken.

Contact over dit onderwerp

Teaser Medezeggenschap

Onze mensen

Heeft u vragen en/of opmerkingen neem dan contact op met een van onze specialisten!

Gerelateerd

Jurisprudentie selectie Zorg – november 2024 150 150 Capra Advocaten

Jurisprudentie selectie Zorg – november 2024

Artikel

lees meer
Jurisprudentie selectie Zorg – juli 2024 150 150 Capra Advocaten

Jurisprudentie selectie Zorg – juli 2024

Artikel

lees meer
Jurisprudentie selectie Zorg – mei 2024 150 150 Capra Advocaten

Jurisprudentie selectie Zorg – mei 2024

Artikel

lees meer

Blijf op de hoogte

Blijf op de hoogte over ontwikkelingen, interessante jurisprudentie en wetswijzigingen op het gebied van arbeidsverhoudingen binnen de sectoren overheid, onderwijs en zorg. Selecteer welke nieuwsbrieven u wilt ontvangen en wij houden u op de hoogte.

Vestiging Den Haag
Laan Copes van Cattenburch 56
2585 GC Den Haag
Telefoon 070-364 81 02
Fax 070-361 78 47
denhaag@capra.nl

Vestiging ‘s-Hertogenbosch
Willem van Oranjelaan 2
5211 CT ‘s-Hertogenbosch
Telefoon 073-613 13 45
Fax 073-614 82 16
s-hertogenbosch@capra.nl

Vestiging Zwolle
Terborchstraat 12
8011 GG Zwolle
Telefoon 038-423 54 14
Fax 038-423 47 84
zwolle@capra.nl

Vestiging Maastricht
Spoorweglaan 7
6221 BS Maastricht
Telefoon 043-7 600 600
Fax 043-7 600 609
maastricht@capra.nl