een grond – bijvoorbeeld een ontslaggrond – die zo nodig in de plaats kan treden van een primaire grond. De gevolgen van de subsidiaire grond zijn meestal minder belastend voor de ambtenaar dan de gevolgen van de primaire grond. De methode primair/subsidiair is door de Centrale Raad van Beroep aanvaard in een uitspraak uit 1996 (CRvB 31 december 1996, TAR 1997 nr. 32). Inmiddels accepteert de Raad ook combinaties waarbij er een groot verschil in rechtsgevolgen optreedt, al naargelang welke ontslaggrond in rechte standhoudt, bijvoorbeeld primair strafontslag (zonder recht op uitkering) en subsidiair ongeschiktheidsontslag (met recht op uitkering) (CRvB 5 januari 2006, TAR 2006 nr. 105).