een periode waarin een ambtenaar niet behoeft te werken en toch salaris krijgt. De bedoeling van vakantieverlof is de werkende mens in de gelegenheid te stellen zich te herstellen van aan werken verbonden inspanningen, aldus de Centrale Raad van Beroep (CRvB 15 mei 186, TAR 1986 nr. 157). In de meeste reglementen zit dan ook de mechaniek vervat dat een ambtenaar die niet daadwerkelijk werkzaamheden verricht, geen recht op verlof heeft.