Op 16 mei heeft het nieuw te vormen kabinet het hoofdlijnenakkoord ‘Hoop, lef en trots’ gepresenteerd. In het document van 26 pagina’s komt het woord ‘onderwijs’ 27 keer voor. Het Hoofdlijnenakkoord kondigt een Herstelplan Kwaliteit Onderwijs aan vanwege de urgentie en noodzaak om ‘het tij te keren’. Deze aankondiging is ambitieus, maar roept ook vragen op.
Belangrijke voornemens Hoofdlijnenakkoord
Belangrijke voornemens uit het Hoofdlijnenakkoord zijn:
- Het omzetten van de wildgroei aan subsidies in een solide structurele financiering.
- Het instellen van een (minimum)norm voor welk deel van de bekostiging bestemd is voor het primaire proces en een maximumnorm voor ‘overhead’.
- Het maximeren van zeggenschap van schoolleiders en betrokkenheid van leraren bij de besteding van middelen.
- Het doorzetten van de huidige curriculumherziening met een beperking van het aantal kerndoelen.
- Het bevorderen van zijinstroom, meer voltijds werken, en meer mannen voor de klas.
- Introductie van losse pabo opleidingen voor het jonge en het oude kind.
- ‘Absolute prioriteit’ voor de basisvaardigheden lezen, schrijven en rekenen.
- Onderwijsmethodes moeten bewezen effectief en politiek neutraal zijn. De methodes om te toetsen moeten beter.
- Aandacht voor passend en speciaal onderwijs.
- Het bevorderen van onderwijsaanbod, in stad en platteland, binnen een redelijke reisafstand.
- Aandacht in het basisonderwijs voor praktisch onderwijs en theoretisch onderwijs.
- In het mbo meer aandacht voor aansluiting op de arbeidsmarkt.
- Geen versoepeling van het bindend studieadvies en selectie aan de poort blijft mogelijk.
- Voor bekostiging van het hoger onderwijs vindt een overstap plaats naar capaciteitsbekostiging om met krimpende studentenaantallen opleidingen, die voor de arbeidsmarkt of de regio belangrijk zijn, overeind te houden.
- De studiebeurs wordt behouden en studenten die gestudeerd hebben onder het sociaal leenstelsel krijgen een extra eenmalige tegemoetkoming.
- De ‘verengelsing’ wordt teruggedrongen in het Hoger onderwijs, met strategische uitzonderingen voor opleidingen voor “tekortberoepen”.
- Er mag geen ruimte zijn voor het overdragen van antidemocratische en anti-rechtsstatelijke opvattingen door leraren of in lesmateriaal.
- Kennis- en studiemigratie wordt selectiever en ingeperkt, met uitzondering voor studies waar arbeidsmarkttekorten zijn.
- Uit de budgettaire bijlage bij het Hoofdlijnenakkoord blijkt dat de formerende partijen voornemens zijn circa 300 miljoen euro te bezuinigen op het funderend onderwijs.
- Beëindiging van de functiemix Randstad (aanvullende financiering, bedoeld voor beloning van leerkrachten in de Randstadregio’s): 75 miljoen vanaf 2026.
- Afschaffing subsidieregeling brede brugklassen en minder investeren in het programma School en Omgeving (achterstandsgelden): 55 miljoen in 2025, naar 210 miljoen vanaf 2026.
- Fors snijden in het Groeifonds: in totaal 6,8 miljard.
- Bijstelling van sectorplannen Hoger onderwijs en wetenschap: 215 miljoen vanaf 2026.
- Verlaging van het Fonds Onderzoek en Wetenschap: 150 miljoen vanaf 2025.
- Verhoging van het collegegeld voor langstudeerders met 3.000 euro en verlaging van de bedragen met 3.000 euro voor de instellingen per langstudeerder.
- De subsidie maatschappelijke diensttijd wordt geschrapt: 105 miljoen in 2025, oplopend naar 200 miljoen.
Kern van het hooflijnenakkoord
Het Hoofdlijnenakkoord richt zich met name op het verbeteren van de lees-, schrijf- en rekenvaardigheid, het vergroten van de toegankelijkheid tot het onderwijs, de aanpak van het lerarentekort en het beschermen van opleidingen voor “tekortberoepen”.
Zorgen uit het onderwijsveld
Het nieuw te vormen kabinet is voornemens fors te bezuinigen op onderwijs. Ook worden middelen die het vorige kabinet in het onderwijs heeft geïnvesteerd niet structureel gemaakt. De VO-raad stelt in zijn reactie dat de broodnodige investeringen in onderwijshuisvesting ontbreken, ondanks opeenvolgende alarmerende rapporten over de staat van de onderwijshuisvesting in Nederland. Ook ontbreekt in het Hoofdlijnenakkoord een verdere uitwerking van de omzetting van subsidies naar een solide financiering van het onderwijs, terwijl een aantal subsidies wordt geschrapt. Vanuit het onderwijsveld en de VNG worden reeds zorgen geuit over het effect van de bezuinigingen op de gewenste versterking van de kwaliteit van het onderwijs en de pedagogische basis en eerlijke kansen in het onderwijs. Er zijn zorgen dat de wachtlijsten voor het speciaal onderwijs en het aantal thuiszitters toenemen. Opvallend is verder ook dat het stimuleren van Leven Lang Ontwikkelen geen plek heeft gekregen in het Hoofdlijnenakkoord.
Het Hoofdlijnenakkoord roept nu vele vragen op. De verschillende voornemens zijn in algemene bewoordingen geformuleerd. Er hangt dus veel af van de concrete uitwerking van deze verschillende voornemens. Ook zal veel afhangen van de nieuwe minister. In hoeverre kan hij of zij zich straks sterk maken voor het onderwijs? Het onderwijsveld houdt de ontwikkelingen met veel belangstelling in de gaten en wil straks ongetwijfeld met de nieuwe minister in gesprek. Capra volgt de ontwikkelingen ook op de voet.
Contact over dit onderwerp
Sjoerd Richters
Gerelateerd
Grensoverschrijdend gedrag en de billijke vergoeding
Artikel
lees meerUitschrijving uit het doelgroepregister = einde arbeidsovereenkomst?
Artikel
lees meer15-20 klachten van AOIS over hoofdopleider, maar ontbinding tóch afgewezen
Artikel
lees meerRechtsbescherming studenten in het MBO – eerste rechtspraak ABRvS
Artikel
lees meerJurisprudentie selectie Zorg – november 2024
Artikel
lees meerDaar zakt me de broek van af… een uitspraak over wangedrag in de zorg
Artikel
lees meerDe arbeidsrechtelijke worsteling met diversiteit
Artikel
lees meerHet uur U nadert: vanaf 1 januari 2025 meer risico’s bij het inhuren van zzp’ers. Is uw organisatie er al klaar voor?
Artikel
lees meerIs bevoegd ook bekwaam? Over dilemma’s in de zorg.
Artikel
lees meer