Sinds 1 januari 2013 regelt de Wet Normering Topinkomens (WNT) dat topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector niet méér mogen verdienen dan een minister. Onder de werkingssfeer van de WNT vallen ook topfunctionarissen zonder dienstbetrekking. Daarbij kunt u denken aan de interim-bestuurder die werkzaamheden verricht op basis van een overeenkomst van opdracht. Voor de topfunctionaris zonder dienstbetrekking gelden specifieke beloningsregels. Die beloningsregels bespreek ik hieronder, zonder rekening te houden met de specifieke afwijkende bezoldigingsmaxima die in sommige sectoren gelden.
De maximale bezoldiging tijdens de eerste twaalf maanden
De wetgever had voor ogen dat in sommige gevallen een interim-bestuurder moet worden ingehuurd op de positie van een topfunctionaris en dat in dergelijke gevallen een marktconforme betaling nodig kan zijn die hoger is dan het algemene bezoldigingsmaximum. Om die reden geldt voor de topfunctionaris zonder dienstbetrekking voor de eerste twaalf maanden een afwijkend bezoldigingsmaximum. Voor 2020 geldt:
- De vergoeding mag in de eerste zes maanden maximaal € 26.800 per maand zijn. In de daaropvolgende zes maanden is het maximum € 20.300 per maand. Dat betekent voor een interim-opdracht in het eerste jaar een maximumbezoldiging van € 282.600 (ter vergelijking: het salarisplafond van een topfunctionaris met dienstbetrekking is in 2020 € 201.000).
- Naast een maximumbezoldiging per maand kent de WNT in de eerste twaalf maanden ook een maximum uurtarief van € 193. De interim-bestuurder mag geen hoger uurtarief hanteren.
- Ook kent de WNT een afwijking voor de deeltijdfactor: deze is niet relevant in de eerste twaalf
maanden.
Indien de vervulling van de topfunctie langer dan zes kalendermaanden achtereen wordt onderbroken begint de termijn van twaalf maanden opnieuw te lopen.
De maximale bezoldiging na twaalf maanden
Na twaalf maanden geldt voor topfunctionarissen zonder dienstbetrekking het reguliere WNT-bezoldigingsmaximum van € 201.000 per kalenderjaar. Het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum moet vanaf de dertiende maand worden berekend aan de hand van duur en omvang van het dienstverband. De deeltijdfactor is dan wel relevant.
Wat is de deeltijdfactor?
Vanaf de dertiende maand moet dus rekening gehouden worden met de deeltijdfactor. Hoe wordt die factor bepaald? In de regel worden alleen gewerkte (productieve) uren in rekening gebracht. Niet-productieve uren (feestdagen, vakantie, verzuim e.d.) berekent de interim-bestuurder dus niet. De deeltijdfactor wordt berekend op basis van de productieve uren gedeeld door het gebruikelijk aantal uren van de betrekking in voltijd (artikel 2.1 lid 2 WNT).
Voorbeeld:
Tegenover een voltijdse dienstbetrekking van de functie van directeur met een omvang van 36 uur per week staan 1388 productieve uren (zie: www.topinkomens.nl). De interim-bestuurder die in 2020 1000 productieve uren heeft, kent een deeltijdfactor van 1000/1388 = 0,72 fte. De maximumvergoeding vanaf de dertiende maand bedraagt bij deze deeltijdfactor (€ 201.000 * 0,72 =) € 144.720 op jaarbasis. Duurt de interim-opdracht vanaf de dertiende maand korter dan een jaar, dan geldt de maximumvergoeding naar rato. Er is sprake van een getrapt stelsel.
Berekening over verschillende jaren
Hierboven ga ik uit van de situatie waarin de topfunctionaris zonder dienstbetrekking is gestart op 1 januari 2020. De praktijk is veelal anders. Wanneer de topfunctionaris eerder is begonnen, moet uiteraard rekening gehouden worden met de bezoldigingsmaxima van de voorgaande jaren. Is de topfunctionaris op 1 mei 2019 begonnen, dan moet voor de maanden mei tot en met december 2019 gerekend worden met de WNT-normen van 2019 en voor de maanden januari tot en met april 2020 met die van 2020.
Zo bedroeg in 2019 het WNT-bezoldigingsmaximum € 194.000 per jaar. Voor topfunctionarissen zonder dienstbetrekking is in 2019 het maximum bepaald op € 25.900,00 per maand voor de eerste zes maanden en € 19.600,00 per maand voor de tweede zes maanden.
De definiëring van de ‘bezoldiging’ voor topfunctionarissen zonder dienstbetrekking
Volgens de Uitvoeringsregeling WNT omvat het begrip ‘bezoldiging de volgende componenten:
- De vergoeding voor de verrichte arbeid (inclusief alle kosten die door de WNT-instelling worden vergoed voor het vervullen van de functie, zoals reiskosten);
- De vergoeding voor de kosten van bemiddeling (werving, selectie en begeleiding);
- De vergoeding voor de bureaukosten;
- Overige vergoedingen.
Onder ‘overige vergoedingen’ wordt verstaan: de componenten (of een compensatie of bijdrage daarvoor), die niet onder a, b of c vallen, maar wel genoemd zijn in artikel 2 lid 1 de Uitvoeringsregels WNT. Het gaat dan om bijvoorbeeld de uitkering van de vakantietoeslag, de eindejaarsuitkering, bonussen, werkgeversbijdragen voor premies en pensioen, belaste vergoedingen en cadeaubonnen, en ook doorbetaling in geval van non-activiteit.
De WNT rekent de volgende onderdelen niet tot de bezoldiging van de topfunctionaris zonder dienstbetrekking:
- de omzetbelasting (BTW);
- vergoedingen die voor de loonbelasting als onbelast zijn aangemerkt.
Tot slot
Belangrijk is dus dat de WNT ook van toepassing is op topfunctionarissen zonder dienstbetrekking, zoals de interim-bestuurder. Daarnaast is van belang dat voor deze categorie topfunctionarissen specifieke regels gelden. De WNT is complex en verandert snel. Heeft u vragen over de WNT? Neem gerust contact met ons op.
Contact over dit onderwerp
Sjoerd Richters
Gerelateerd
Vast dienstverband of toch niet? Wat gaat er veranderen voor de zzp-er
Artikel
lees meerCAO akkoord Nederlandse Universiteiten
Artikel
lees meerJurisprudentie selectie Onderwijs – september 2024
Artikel
lees meerJurisprudentie selectie Onderwijs – mei 2024
Artikel
lees meerJurisprudentie selectie Onderwijs – april 2024
Artikel
lees meerJurisprudentie selectie Onderwijs – december 2023
Artikel
lees meer