Jurisprudentie selectie Onderwijs – april 2024

Jurisprudentie selectie Onderwijs – april 2024

Jurisprudentie selectie Onderwijs – april 2024 150 150 Capra Advocaten

In deze selectie van arbeidsrechtelijke jurisprudentie voor het onderwijs bespreken we weer diverse rechterlijke uitspraken.

1. WO: ketenregeling – artikel 2.3 lid 5 cao NU 2021-2022 | Overgangsregeling cao NU

In deze zaak was volgens de Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR) een tijdelijk arbeidscontract van rechtswege geëindigd op grond van artikel 2.3 lid 5 sub c cao NU. In dit artikel staat dat een tijdelijk dienstverband kan worden aangegaan en kan worden verlengd tot maximaal 48 maanden, onder meer ten aanzien van ‘functies van docenten indien onderwijsinstellingen en/of ontwikkelingen in studentenaantallen (intrinsiek aan de bedrijfsvoering van universiteiten) dit noodzakelijk maken en van dien aard zijn dat ze binnen de bestaande capaciteit van het wetenschappelijk personeel met een vast dienstverband niet kunnen worden opgevangen’. De werkneemster stelde dat zij een vast contract had verkregen. Zij stelde onder meer dat haar functie niet onder de bij de cao te bepalen functies valt, waarvan de intrinsieke aard van de bedrijfsvoering de verlenging vereist.

De kantonrechter gaat mee in het standpunt van de EUR dat zij gebruik heeft mogen maken van het betreffende artikel, omdat de functie medio 2021 nog geen vast onderdeel van het curriculum was, de studentenaantallen fluctueerden en de financiering voor de functie tijdelijk, onzeker en niet volledig geborgd was. De EUR had binnen de wettelijke kaders de mogelijkheid het academisch productieproces naar eigen inzicht in te vullen en heeft ook een objectieve verklaring gegeven waarom werkneemster geen arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd is aangeboden. De EUR heeft aldus de kantonrechter een gerechtvaardigd belang bij het hebben van een flexibele schil.

Vragen over de uitleg en toepassing van specifieke cao-ketenbepalingen in de cao? Neem contact op met Capra.

Rechtbank Rotterdam (Kantonrechter Rotterdam), 22 december 2023 (ECLI:NL:RBROT:2023:12685)

2. WO: ontslag | Onvoldoende causaal verband tussen ontbindingsverzoek en commotie veroorzakende publicatie van docent

Beroep op vrijheid van meningsuiting staat niet aan ontbinding in de weg. Een hoofddocente van de Rijksuniversiteit Groningen publiceert een essay, wat beschermd wordt door artikel 10 EVRM. Het Hof kan uit de gebeurtenissen na publicatie van het essay niet afleiden dat zonder de publicatie het ontbindingsverzoek niet zou zijn ingediend. Het essay is volgens het Hof slechts een schakel – maar geen essentiële – in een keten van gebeurtenissen, leidend tot de door de kantonrechter uitgesproken ontbinding van de arbeidsovereenkomst. Volgens het hof is die keten niet met het essay begonnen en zit er veel tijd tussen de publicatiedatum en de indiening van het ontbindingsverzoek en is er intussen veel meer gebeurd dat de – verslechterde – arbeidsverhouding heeft beïnvloed. Het Hof vindt dat de kantonrechter de arbeidsovereenkomst terecht heeft ontbonden.

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 8 januari 2024 (ECLI:NL:GHARL:2024:152)

3. Geschillen MBO: verwijdering van opleidingslocatie na geweldincident – klacht ongegrond

Een studente heeft een medestudent in elkaar geslagen, met letsel als gevolg. Dit is gebeurd nadat de medestudent een Instagrampost had geplaatst met een foto en een nare opmerking over haar nicht. Na de vechtpartij heeft de instelling een voorgenomen verwijderingsbesluit genomen om de studente te verwijderen van de instelling. De instelling heeft daarna het besluit genomen dat de studente enkel verwijderd wordt van de opleidingslocatie, maar wel op een andere locatie van de instelling onderwijs kan vervolgen. De vader van de studente dient een klacht in.

De Commissie oordeelt dat vaststaat dat de studente een aandeel heeft gehad in een ernstig geweldsincident en een medestudent letsel heeft toegebracht, hetgeen heeft gezorgd voor grote onrust. De Commissie overweegt dat een instelling een verwijderingsbesluit mag nemen om de rust en orde te herstellen en het veiligheidsgevoel te waarborgen. De instelling heeft voldoende rekening gehouden met het belang van de studente. Het standpunt van bezwaarde, dat de medestudent die de Instagrampost plaatste dan ook in elk geval op dezelfde manier moet worden gestraft, passeert de Commissie omdat het in deze procedure slechts ging over het verwijderingsbesluit van de studente.

Klachten- en bezwarencommissie mbo ho 14 februari 2024  (zaaknummer 56267)

4. Geschil PO – klacht over informatieverstrekking aan gescheiden ouder gegrond

Bij gescheiden ouders moet school een neutrale positie innemen en informatie aan beide ouders geven. Alleen in uitzonderlijke situaties kan informatie worden geweigerd, maar ook ouders zonder gezag hebben recht op basisinformatie. Als de school informatie weigert, moeten ze duidelijk aangeven waarom.

In een geschil weigert een school informatie over een leerling te verstrekken aan een ouder die geen gezag meer heeft over de leerling. Dat is in lijn met het advies van de gezinsvoogd. Nadat de ouder een klacht heeft ingediend, heeft de school de andere ouder over de klacht geïnformeerd.
De Commissie acht de klacht gegrond. Volgens de Commissie is het zorgvuldig dat de school advies vraagt aan de gezinsvoogd. De school moet daarna wel een eigen afweging maken. De school heeft onvoldoende concreet kunnen maken dat bijvoorbeeld het verstrekken van schoolrapporten niet in het belang is van de veiligheid van de leerling. Het vermoeden dat de ouder na ontvangst van de rapporten vragen aan school of aan de andere ouder zou gaan stellen, is daarvoor niet zwaarwegend genoeg. Verder had de school de klacht niet mogen delen met de andere ouder, omdat de klacht niet gaat over de ontwikkeling van de leerling, maar over het weigeren informatie te verstrekken.

De meeste scholen kennen wel een protocol gescheiden ouders. Hierin staat hoe de school omgaat met gescheiden ouders. Nog niet zo’n protocol binnen school, neem contact met Capra op. Wij kunnen hierbij helpen.

Landelijke klachtenorganisatie onderwijs 14 februari 2024 (zaaknummer 52175)

5. Speciaal onderwijs – verwijdering – klacht gegrond

Een school voor speciaal onderwijs vindt dat zij een leerling niet langer de juiste onderwijs kan aanbieden. Volgens de school is de leerling aangewezen op zorg en er is geen andere school/onderwijszorgvoorziening die de leerling toe wil laten. Daarom besluit de school de leerling te verwijderen. De ouder dient een klacht in. De wordt gegrond verklaard.

De Commissie oordeelt dat niet is aangetoond dat de situatie voor de school onhoudbaar zou worden bij voortzetting van onderwijs aan de leerling. Verder stelt de Commissie vast, dat een actueel, onafhankelijk, deskundig gevalideerd beeld over de onderwijs(on)mogelijkheden van de leerling ontbreekt en dat er geen verifieerbare zienswijze van Afdeling Leerplicht en de Inspecteur Speciaal onderwijs is overgelegd. De school heeft daarom niet in redelijkheid tot de beslissing kunnen komen om het onderwijs aan de leerling stop te zetten, zonder dat er een andere school bereid is gevonden om de leerling toe te laten.

Geschillencommissie passend onderwijs 12 januari 2024 (zaaknummer 56168)

6. MBO: prejudiciële vragen over samenloop zwangerschaps- en bevallingsverlof met ‘overige vrijedagen’ in het mbo-onderwijs

In deze zaak stelt de kantonrechter in het kader van een zogeheten 96 Rv-procedure prejudiciële vragen aan de Hoge Raad over samenloop van zwangerschaps- en bevallingsverlof met ‘overige vrijedagen’ in het mbo-onderwijs. In een arrest van 6 november 2020 (ECLI:NL:HR:2020:1748) heeft de Hoge Raad al uitgemaakt dat samenloop van dergelijk verlof met vakantie gecompenseerd moet worden. Volgens de kantonrechter kwalificeren de ‘overige vrije dagen’ niet als vakantiedagen in de zin van artikel 7:634 BW. De vraag is of het niet compenseren van deze ‘overige dagen’ leidt tot een schending van artikel 7:646 BW (verboden onderscheid man/vrouw). Vanwege het grote belang voor het mbo-onderwijs stelt de kantonrechter prejudiciële vragen aan de Hoge Raad. De kantonrechter houdt thans in deze zaak iedere verdere beslissing aan totdat de Hoge Raad de prejudiciële vragen heeft beantwoord. Het is nu wachten daarop.

Kantonrechter Rotterdam 12 januari 2024 (ECLI:NL:RBROT:2024:343)

Blijf op de hoogte

Wilt u op de hoogte blijven van de laatste jurisprudentie voor het onderwijs? Meldt u zich dan aan voor onze nieuwsbrief met rechterlijke uitspraken.

Contact over dit onderwerp

Sjoerd Richters

Sjoerd Richters

Advocaat
Vestiging:
's-Hertogenbosch
Sector:
Overheid, Onderwijs
Expertteam:
Arbeidsrecht, Ambtenarenrecht
Telefoon:
073 - 613 13 45
Mobiel:
06 48 97 21 37

Gerelateerd

Jurisprudentie selectie Onderwijs – september 2024 150 150 Capra Advocaten

Jurisprudentie selectie Onderwijs – september 2024

Artikel

lees meer
Jurisprudentie selectie Onderwijs – mei 2024 150 150 Capra Advocaten

Jurisprudentie selectie Onderwijs – mei 2024

Artikel

lees meer
Jurisprudentie selectie Onderwijs – december 2023 150 150 Capra Advocaten

Jurisprudentie selectie Onderwijs – december 2023

Artikel

lees meer
Jurisprudentie selectie Onderwijs – augustus 2023 150 150 Capra Advocaten

Jurisprudentie selectie Onderwijs – augustus 2023

Artikel

lees meer
Jurisprudentie selectie Onderwijs – augustus 2023 150 150 Capra Advocaten

Jurisprudentie selectie Onderwijs – augustus 2023

Artikel

lees meer
Jurisprudentie selectie Onderwijs – mei 2023 150 150 Capra Advocaten

Jurisprudentie selectie Onderwijs – mei 2023

Artikel

lees meer

Blijf op de hoogte

Blijf op de hoogte over ontwikkelingen, interessante jurisprudentie en wetswijzigingen op het gebied van arbeidsverhoudingen binnen de sectoren overheid, onderwijs en zorg. Selecteer welke nieuwsbrieven u wilt ontvangen en wij houden u op de hoogte.

Vestiging Den Haag
Laan Copes van Cattenburch 56
2585 GC Den Haag
Telefoon 070-364 81 02
Fax 070-361 78 47
denhaag@capra.nl

Vestiging ‘s-Hertogenbosch
Willem van Oranjelaan 2
5211 CT ‘s-Hertogenbosch
Telefoon 073-613 13 45
Fax 073-614 82 16
s-hertogenbosch@capra.nl

Vestiging Zwolle
Terborchstraat 12
8011 GG Zwolle
Telefoon 038-423 54 14
Fax 038-423 47 84
zwolle@capra.nl

Vestiging Maastricht
Spoorweglaan 7
6221 BS Maastricht
Telefoon 043-7 600 600
Fax 043-7 600 609
maastricht@capra.nl