Jurisprudentie selectie Zorg – maart 2024

In dit overzicht van jurisprudentie voor de zorgsector over de afgelopen periode bespreken we weer diverse rechterlijke uitspraken relevant voor de rechtspositie van zorgprofessionals en zorgwerkgevers.

1. Ontslag op staande voet vanwege fraude urenregistratie

Werkneemster is woonbegeleidster. Zij zou meerdere keren geen huisbezoeken bij cliënten hebben gedaan, maar daar wel uren voor hebben geregistreerd. Werkgever heeft nader onderzoek gedaan en daar de cliënten voor gecontacteerd. De cliënten stellen dat ze geen afspraak met werkneemster voor een huisbezoek hebben. Werkneemster is op staande voet ontslagen. Omdat het om een ontslag op staande voet gaat, moet er sprake van een dringende reden zijn. De werkgever heeft de stelplicht en bewijslast. De kantonrechter laat de werkgever toe om te bewijzen dat de werkneemster de cliënten niet heeft bezocht.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant 6 november 2023 (ECLI:NL:RBZWB:2023:8559)

2. Verstoorde arbeidsverhouding met chirurg

Betreft een orthopedische chirurg, in dienst bij een UMC. Deze chirurg scoort in de jaarlijkse feedbackrapporten een onvoldoende. De chirurg is onbeschoft tegen de verpleging en de artsen in opleiding. Hij heeft een negatieve werksfeer gecreëerd. Er is geen ruimte om vragen te stellen of twijfels te uiten. Met zijn leidinggevende botert het ook niet. Hij krijgt in 2022 een officiële waarschuwing van het AMC. Mediation is zonder oplossing geëindigd. Het gaat voornamelijk om het gedrag van de chirurg. Het AMC is wel positief over zijn (inhoudelijk) opereren als arts. Het AMC wil vanwege de verstoorde arbeidsverhouding en de onveilige werksfeer de arbeidsovereenkomst niettemin laten ontbinden. De kantonrechter gaat hierin mee.

Rechtbank Amsterdam 8 november 2023 (ECLI:NL:RBAMS:2023:7196)

3. Verzorgende gebruikt pinpas bewoonster

Werkneemster is als verzorgende IG in dienst bij een ouderenzorginstelling. Door een medewerker is op 22 oktober 2022 op een locatie – waar cliënten met dementie wonen, in een kleine groep en in een huiselijke omgeving – van de instelling een portemonnee gevonden van één van de bewoners. In de portemonnee zat 85 euro aan contant geld en een bankpas. De portemonnee is in een kluis bewaard. Op 2 november 2022 heeft de instelling geconstateerd dat de bankpas en het contact geld waren verdwenen. De dochter van de bewoner heeft aan de instelling medegedeeld dat er verschillende pintransacties hadden plaatsgevonden. Op 1 november 2022 is de gestolen bankpas bij een tankstation gebruikt om te betalen. Werkneemster is op 16 februari 2023 op non-actief gesteld en een maand later geschorst. Werkneemster is op camerabeelden van een tankstation te zien, waar ze de bankpas gebruikt. De werkneemster is vanwege ernstig verwijtbaar handelen ontslagen. Ze is veroordeeld om de schade te vergoeden.

Rechtbank Noord-Holland 22 november 2023 (ECLI:NL:RBNHO:2023:12802)

4. Deelname oogarts aan pensioenfonds

Betreft de vraag of een waarnemend oogarts gedurende vijf periodes bij verschillende ziekenhuizen in loondienst was, zodat hij pensioenaanspraken bij PFZW had opgebouwd. De oogarts kan als deelnemer worden aangemerkt als er sprake is van een arbeidsovereenkomst. Voor vier van de vijf periodes kan er volgens de rechter geen arbeidsovereenkomst worden aangemerkt, onder meer omdat de ziekenhuizen geen loonheffing en sociale premies hebben ingehouden, en de oogarts bij PFZW niet als deelnemer heeft aangemeld (en dus geen pensioenpremie heeft afgedragen). Volgens de rechter heeft de oogarts onvoldoende gemotiveerd dat er wel sprake was van een arbeidsovereenkomst, en wijst de vordering van de oogarts daarom af.

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 19 december 2023 (ECLI:NL:GHARL:2023:10775)

5. Betaling opleidingskosten kraamverzorgende

Werkneemster trad op 1 oktober 2021 als kraamverzorgende i.o. in dienst. De opleiding tot kraamverzorgende wordt door de werkgever volledig vergoed, mits de werkgever nog voor een periode van drie jaar baat heeft van de opleiding. Anders moet werkneemster (een deel van) de kosten van de opleiding aan de werkgever terugbetalen. Een zustervennootschap verkoopt de opleiding. In oktober 2022 is een audit op deze opleiding gedaan. De opleiding wordt niet erkend. Werkneemster beëindigt op 19 oktober 2022 de arbeidsovereenkomst per 1 december 2022 en heeft op dat moment de opleiding niet afgerond. De werkgever vordert de opleidingskosten van werkneemster. Volgens de kantonrechter heeft werkneemster onvoldoende gemotiveerd dat de werkgever de kosten moet dragen. De werkneemster wordt veroordeeld tot het terugbetalen van de opleidingskosten.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant 20 december 2023 (ECLI:NL:RBZWB:2023:9263)

6. Ingehouden studiekosten BBL-opleiding

Werkneemster is met ingang van 1 juli 2022 bij een zorginstelling als Leerling Helpende Zorg en Welzijn niveau 2 voor een bepaalde tijd (16 maanden) in dienst getreden. Volgens de arbeidsovereenkomst is de CAO VVT van toepassing, gaat het om een BBL-opleiding (beroepsbegeleidende leerweg) en is er een studiekostenbeding van toepassing. De instelling heeft, aldus de werkneemster, aan het einde van de dienstbetrekking onterecht studie- en opleidingskosten ingehouden. De kantonrechter stelt werkneemster in het gelijk en veroordeelt de instelling tot het terugbetalen van het ingehouden salaris.

Rechtbank Overijssel 21 december 2023 (ECLI:NL:RBOVE:2023:5295)

7. Klokkenluider

Betreft een verzorgende bij een verpleeghuis, die gewetensbezwaren had bij de behandeling van een cliënte. Hij heeft zich per e-mail van enige verzorging voor de cliënte gedistantieerd. Daarna heeft hij meerdere keren het dossier van de cliënte op het online platform bekeken, gedownload en privé naar zichzelf gemaild. Ook heeft hij een melding als klokkenluider gedaan. De instelling heeft de verzorgende daarom op staande voet ontslagen. Werknemer doet een beroep op bescherming als klokkenluider, omdat er volgens hem sprake is van een misstand zoals bedoeld in de Wet bescherming klokkenluiders. De kantonrechter oordeelt echter dat de situatie geen misstand is en dat het om een kwestie gaat waar de werknemer persoonlijk niet achterstaat. Het ontslag is terecht, omdat het onbevoegd inzien van het dossier in strijd is met de privacy.

Rechtbank Limburg 14 februari 2024 (ECLI:NL:RBLIM:2024:711)

Praktijkgroep Zorg

Blijf op de hoogte

Wilt u op de hoogte blijven van de laatste jurisprudentie voor de zorgsector? Meldt u zich dan aan voor onze maandelijkse nieuwsbrief met rechterlijke uitspraken.