Feitelijke grondslag

wordt gevormd door de feiten die aan de processuele vereisten voldoen en waarop de rechter zijn beslissing baseert. De administratieve rechter doet uitspraak op de grondslag van het beroepschrift, de overgelegde stukken, het verhandelde tij-dens het vooronderzoek en het onderzoek ter zitting. De administratieve rechter speelt een actieve rol in de procedure. De rechtsgronden móet hij ambtshalve aanvullen, de feitelijke gronden mág hij aanvullen (artikel 8:69 Awb).