Het recent gesloten onderhandelaarsakkoord vormt idealiter een impuls voor een solide personeelsbeleid binnen de Nederlandse Universiteiten, openbaar en bijzonder. Waarom juist vanwege dit akkoord? Kort gezegd, omdat op basis van de nog af te sluiten cao veel meer vaste dienstverbanden zullen ontstaan. Dit brengt wel mee dat het vaste personeel over de nodige flexibiliteit (wendbaarheid) moet beschikken. Het dienstverband kan immers vast zijn (voor onbepaalde tijd), projectmatig onderzoek en/of onderwijs is dat niet. Na afloop van het project moeten vaste medewerkers er dan ook rekening mee houden dat zij met ander werk worden belast.
Wendbaarheid
Dat vraagt een strategische personeelsplanning en een brede blik op mobiliteit van de universiteit. Van het personeel vraagt dit, zoals gezegd, de bereidheid om zo nodig mee te bewegen met een van tijd tot tijd veranderende vraag naar inzet en deskundigheid. Natuurlijk blijven strikte voorwaarden gelden voor het eenzijdig wijzigen van een individuele arbeidsovereenkomst. De wens van de onderhandelaars om wendbaar te zijn, respectievelijk te worden, heeft daar geen invloed op. Capra vraagt zich af of de onderhandelaars zich er wel voldoende bewust van zijn dat wendbaarheid niet zo maar eenzijdig aan het personeel kan worden opgelegd.
Nog meer wendbaarheid
Het lijkt erop dat de onderhandelaars zich in belangrijke mate hebben laten inspireren door de Commissie Borstlap (commissie regulering van werk). In het eindrapport van de commissie wordt wendbaarheid immers als een belangrijke kwaliteit gezien waarover werkgevers en werknemers dienen te beschikken. Ook het onderhandelaarsakkoord maakt expliciet melding van wendbaarheid die aan de zijde van de universiteiten nodig zal zijn. Die wendbaarheid moet zich vertalen in aanpassingen van de organisatie in het geval van een wijzigende bekostiging. Niet genoemd in het onderhandelaarsakkoord, maar wel direct hieruit voortvloeiend is dan ook het belang van een gezonde medezeggenschapscultuur. De ondernemingsraad heeft namelijk een belangrijke rol bij de advisering over organisatiewijzigingen. Ook binnen de Ondernemingsraden zal wendbaarheid zichtbaar moeten zijn.
Tijdelijk wordt nu echt vast
Voor veel medewerkers met een tijdelijk contract tenslotte, bevat het onderhandelaarsakkoord veelbelovende afspraken. Veelal is namelijk het uitgangspunt dat een tijdelijk contract slechts 12 maanden mag duren. Daarna volgt een vast dienstverband op voorwaarde dat de medewerker geschikt is voor de functie. Om dit goed te kunnen beoordelen, moet het functioneren uiteraard wel worden vastgelegd.
HRM in actie
Strategische personeelsplanning, mobiliteit, functioneringsgesprekken, reorganisatie en medezeggenschapstrajecten: alleen al op hoofdlijnen zijn de personele gevolgen van het akkoord aanzienlijk, mede omdat het akkoord niet voorziet in een overgangstermijn.
Het is nu eerst aan de achterbannen om het onderhandelaarsakkoord te bevestigen voordat alle afspraken kunnen worden uitgewerkt. De datum hiervoor is bepaald op 1 augustus a.s..
Daarna lijkt het ons dat het ‘alle hens aan dek is’ bij de universiteiten. Bij alle tijdelijke medewerkers moet immers worden nagegaan of, en zo ja hoe en wanneer het contract wordt omgezet. Op dit moment ontvangt Capra al vele vragen over de mogelijke betekenis van de afspraken voor individuele situaties. Heeft u ook vragen? Bel! Ook in de vakantieperiode is Capra gewoon bereikbaar.
Contact over dit onderwerp
Gerelateerd
Uitschrijving uit het doelgroepregister = einde arbeidsovereenkomst?
Artikel
lees meer15-20 klachten van AOIS over hoofdopleider, maar ontbinding tóch afgewezen
Artikel
lees meerJurisprudentie selectie Zorg – november 2024
Artikel
lees meerDaar zakt me de broek van af… een uitspraak over wangedrag in de zorg
Artikel
lees meerArbeidsongeschikte werknemer onbereikbaar. Wat nu?
Artikel
lees meerDe arbeidsrechtelijke worsteling met diversiteit
Artikel
lees meer