Op 23 maart 2021 heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Nederland (locatie Groningen) zich gebogen over een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens een verstoorde arbeidsverhouding. In dit kader stond centraal de vraag of de werkneemster – werkzaam voor een apotheek – bij haar werkgever een zorgbonus kan vorderen.
Het verzoek tot ontbinding werd gedaan door de werkgever. De kantonrechter constateerde dat partijen het erover eens waren dat de arbeidsovereenkomst vanwege een verstoorde arbeidsverhouding moest worden ontbonden, herplaatsing niet in de rede lag en dat de werkgever een transitievergoeding aan werkneemster verschuldigd was. Ook had de werkneemster volgens de kantonrechter recht op een billijke vergoeding van € 34.545,–. Daarbij werd in aanmerking genomen dat de werkgever naar het oordeel van de kantonrechter ernstig verwijtbaar had gehandeld jegens de werkneemster, en dat de werkgever geen verweer had gevoerd tegen de hoogte van de gevorderde billijke vergoeding.
In deze procedure heeft de werkneemster ook verzocht om de werkgever te veroordelen tot betaling van de zorgbonus over 2020 en 2021 ten bedrage van € 2.000,– netto. De werkgever heeft hiertegen verweer gevoerd en aangevoerd dat er geen juridische grondslag bestaat op grond waarvan hij verplicht kan worden om de zorgbonus in verband met de coronacrisis voor de werkneemster aan te vragen. De werkgever heeft er tevens op gewezen dat de werkneemster inderdaad de enige medewerker is die geen zorgbonus heeft ontvangen, maar dat dit ermee te maken heeft dat zij ook de enige medewerker is die geen contact heeft met klanten.
De kantonrechter is het met de werkgever eens dat er geen juridische verplichting bestaat voor het aanvragen van een zorgbonus. Dat de werkgever de zorgbonus in de vaststellingsovereenkomst heeft aangeboden, maakt dit niet anders. Hieraan kan de werkneemster geen rechten ontlenen. Zij heeft immers niet ingestemd met deze vaststellingsovereenkomst. Het verzoek van de werkneemster tot uitbetaling van de zorgbonus is om deze redenen dan ook afgewezen.
Kortom, naar het oordeel van de kantonrechter bestaat er geen juridische verplichting van de werkgever om een Corona-zorgbonus aan te vragen.
Contact over dit onderwerp

Esther van Gaal
Gerelateerd
De klokkenluider van de ‘Amstre dame’
Artikel
lees meerOntslag op staande voet wegens stiekem uitje naar de Efteling
Artikel
lees meerContinuïteit onderwijs in gevaar door inperking tijdelijke contracten
Artikel
lees meerDe OR bij de overheid: een tandeloze tijger?
Artikel
lees meerMijn zorgmedewerker wordt tuchtrechtelijk aangeklaagd. Mag mijn zorgmedewerker medische gegevens gebruiken om zich te verweren?
Artikel
lees meerHof Amsterdam: Opheffing één functie adviesplichtig
Artikel
lees meer