Jurisprudentie selectie Onderwijs – maart 2023

Jurisprudentie selectie Onderwijs – maart 2023

Jurisprudentie selectie Onderwijs – maart 2023 150 150 Capra Advocaten

In deze selectie van arbeidsrechtelijke jurisprudentie voor het onderwijs bespreken we weer diverse rechterlijke uitspraken.

1. Ontslag docent na verschijnen in tv-uitzending Undercover in Nederland

Kantonrechter Haarlem 6 februari 2023 (ECLI:NL:RBNHO:2023:733)

Een docent is in dienst getreden van een school. Voorafgaand aan de indiensttreding is de docent een tijd op straat gevolgd door Alberto Stegeman voor het tv-programma ‘Undercover in Nederland’. Nadien heeft Undercover in Nederland een aflevering gewijd aan werknemer, waarbij hem het verwijt treft dat hij met meerdere vrouwen relaties zou zijn aangaan, forse sommen geld van deze vrouwen heeft geleend en hen vervolgens niet heeft terugbetaald. Het schoolbestuur heeft na de tv-uitzending contact gezocht met de docent en hem verzocht niet te verschijnen op de plenaire opening van het nieuwe schooljaar. Het schoolbestuur is van mening dat bij de totstandkoming van de arbeidsovereenkomst sprake is geweest van bedrog en/of dwaling, met als gevolg dat het bestuur de arbeidsovereenkomst buitengerechtelijk heeft vernietigd. Het bestuur heeft ook de kantonrechter verzocht, deze arbeidsovereenkomst voorwaardelijk op de e-, d-, h- en i-grond te ontbinden.

Naar het oordeel van de kantonrechter houdt de buitengerechtelijke vernietiging geen stand. Het schoolbestuur heeft onvoldoende onderbouwd gesteld dat de docent de werkgever heeft bewogen tot het aangaan van de arbeidsovereenkomst door opzettelijk te verzwijgen dat hij onderwerp zou zijn van de tv-uitzending. Een spreekplicht voor de docent is evenmin aangenomen nu de docent voldoende gemotiveerd heeft aangevoerd dat hij ten tijde van de sollicitatiegesprekken ervan uitging dat de opnames niet uitgezonden zouden worden en het slechts een privékwestie betrof die niet aan zijn functioneren als docent in de weg zou staan.

Wel slaagt het ontbindingsverzoek van het schoolbestuur (op de h-grond). De kantonrechter onderschrijft de in dit verband door het schoolbestuur ingenomen stellingen. Kerncompetenties van het leraarschap zijn integriteit, betrouwbaarheid en geloofwaardigheid. Daarnaast bestaat er tussen een docent en de leerlingen een gezags- en afhankelijkheidsrelatie die meebrengt dat de docent een voorbeeldfunctie heeft. Vanuit die gedachte kan van een school niet worden verlangd dat zij een docent te werk stelt als de vrees bestaat dat door de aanwezigheid van de docent het pedagogisch-didactisch klimaat en/of het vertrouwen van de ouders en leerlingen in de school wordt aangetast.

2. Dubbel dienstverband tijdens ziekte: Ontslag op staande voet en terugvordering al het loon

Rechtbank Rotterdam 2 februari 2023 (ECLI:NL:RBROT:2023:661)

Een leraarondersteuner is op staande voet ontslagen, omdat zij zonder medeweten van het schoolbestuur al geruime tijd werkzaamheden verrichtte bij een andere werkgever terwijl zij zich bovendien ziek had gemeld. Vanwege haar ziekmelding had de werkneemster nog geen dag gewerkt voor deze werkgever. Wel streek zij iedere maand twee salarissen op. Het schoolbestuur zegt door werkneemster te zijn misleid en vraagt zowel om toekenning van € 6.176,09 bruto (met rente) ter zake van gefixeerde schadevergoeding als terugbetaling van het brutoloon van € 42.042,97 dat zij werkneemster onverschuldigd heeft betaald.

De geldigheid van het ontslag op staande voet is tussen partijen niet in geschil. Partijen verschillen alleen van inzicht over de vraag of het schoolbestuur het verzoekschrift tijdig heeft ingediend. Wat betreft de tijdigheid van het ingediende verzoekschrift heeft het bestuur gemotiveerd gesteld dat zij op 22 september 2022 in aanwezigheid van twee vertegenwoordigers van werkgever 1, werkneemster heeft geconfronteerd met haar bevindingen. Anders dan werkneemster heeft gesteld, is zij niet tijdens dit gesprek (mondeling) ontslagen, maar heeft het bestuur haar – per aangetekende brief en per e-mailbericht – ontslagen op 27 september 2022. Het verzoekschrift is op 25 november 2022 bij de rechtbank ingediend. Nu het verzoekschrift bij de rechtbank is ingediend binnen de wettelijke termijn van twee maanden na de datum waarop de arbeidsovereenkomst is geëindigd, is het verzoekschrift tijdig ingediend. De kantonrechter is er vervolgens snel klaar mee en wijst de vorderingen van het schoolbestuur toe.

3. Klacht over fysiek ingrijpen leerkrachten, pesten en toegangsverbod ongegrond

Landelijke Klachtencommissie Onderwijs 28 december 2022 (nr. 36763)

Een vader dient een klacht in tegen een school over het fysiek vastpakken door leerkrachten van zijn zoon, het niet adequaat optreden tegen het pesten van zijn zoon, onduidelijke communicatie van de school met ouders en een hem opgelegd toegangsverbod.

De klacht wordt op alle onderdelen ongegrond verklaard, nu volgens de Landelijke Klachtencommissie Onderwijs de feiten niet zijn komen vast te staan. Ook heeft de school niet onzorgvuldig gehandeld.

Klager is niet verschenen op de zitting van de Commissie. De Commissie merkt voorafgaande aan de inhoudelijke beoordeling van de klacht op dat het mondeling toelichten van de zitting waardevol is. De zitting kan immers een bijdrage leveren aan het nader tot elkaar brengen van partijen, aan het kweken van onderling begrip en het ophelderen van punten die nog onduidelijk zijn.

Daarnaast merkt de Commissie op dat er een situatie is ontstaan waarbij het toegangsverbod voor onbepaalde tijd is gaan gelden, nu de school klager meermaals heeft uitgenodigd voor een gesprek, maar hij daarbij niet is verschenen. De Commissie acht dit onwenselijk en brengt het belang naar voren dat partijen, eventueel me behulp van een bemiddelaar, in gesprek met elkaar gaan, zodat het toegangsverbod van tafel kan en eventuele onenigheid in de toekomst wordt voorkomen, waarbij klager zich dan wel aan de afspraken heeft te houden.

4. Schorsing leerkracht voor de duur van de strafrechtelijke vervolging

Commissie van beroep funderend onderwijs 3 februari 2023 (nr. 39108)

De werkgever, een onderwijsinstelling in het voortgezet onderwijs, wordt op enig moment door de Hoofdofficier van Justitie van het OM op de hoogte gesteld van het feit dat een docent door de rechtbank is veroordeeld voor het plegen van ontuchtige handelingen met een minderjarige. Daarbij is meegedeeld dat hoger beroep is ingesteld. De werkgever besluit vervolgens de docent te schorsen voor de duur van de procedure in hoger beroep. Hiertegen dient de docent een klacht in bij de Commissie van beroep funderend onderwijs. Onder meer voert hij aan dat de afronding van een studietraject (tot bevoegd docent, red.) ernstig in gedrag komt. De Commissie overweegt dat schorsing kan op grond van de cao en dat gelet op de ernst van het strafbare feit het begrijpelijk is dat de werkgever de werknemer gedurende het de procedure in hoger beroep niet wil toelaten tot de school. De werkgever heeft voldoende gemotiveerd toegelicht waarom zijn belangen zwaarder wegen dan de belangen van de werknemer.

Naschrift: De Commissie toetst een schorsing als ordemaatregel terughoudend. Hierbij komt aan de werkgever een zekere mate van vrijheid toe. De Commissie toetst of de werkgever in redelijkheid, gelet op de betrokken belangen, heeft mogen overgaan tot het opleggen van de schorsing. De Commissie legt voorts het begrip ‘strafrechtelijke vervolging’ als bedoeld in het cao-artikel over schorsing ruim uit: zolang het strafproces nog loopt, is sprake van strafrechtelijk vervolging.

5. Ontslag hbo-docent wegens klachten naar aanleiding van de tv-uitzending van BOOS

Kantonrechter Amsterdam 28 februari 2023 (ECLI:NL:RBAMS:2023:1393)

Kort na een aflevering van het tv-programma BOOS over grensoverschrijdend gedrag ontving een hbo-instelling zes meldingen van studenten en een docente over grensoverschrijdend gedrag van een hbo-docent. De werkgever heeft de docent op non-actief gesteld en extern onderzoek laten verrichten. In de 13 jaar voorheen zijn er nooit meldingen over ongewenst gedrag van de docent geuit. De kantonrechter overweegt dat het aangaan in 2017 door de docent van een seksuele relatie met een studente hem zwaar dient te worden aangerekend, evenals het tot begin 2022 niet melden van die relatie. Daarnaast stelt de rechter vast dat de docent andere studentes op ongepaste wijze benaderd. Volgens de rechter heeft de docent zich onvoldoende rekenschap gegeven van zijn machtspositie als docent en beoordelaar. Hiertegenover staat dat de docent sinds hij zijn werkzaamheden bij de school in 2009 begon nooit op onwenselijk gedrag is aangesproken, ondanks zijn afwijkende manier van coachen, en ondanks de aanstelling van vertrouwenspersonen en oprichting van een klachtencommissie. De rechter tekent kritisch op dat het aannemelijk is dat de werkgever, geconfronteerd met de klachten in 2022 en de recente maatschappelijke (‘Me Too’) ontwikkelingen zoals ook in het tv-programma BOOS aan de orde gesteld, een signaal heeft willen afgeven dat zij als werkgever grensoverschrijdend gedrag niet tolereert. Daarbij heeft zij de docent afgerekend op strengere normen dan voor de docent kenbaar waren. Hiervan kan de werkgever een verwijt worden gemaakt.

Alles overziende meent de rechter het gedrag van de docent niet kwalificeert als verwijtbaar handelen dat ontbinding van de arbeidsovereenkomst rechtvaardigt. Echter kan wel worden geconstateerd dat sprake is van verstoring van de arbeidsrelatie, waaraan zowel docent als de werkgever hebben bijgedragen. Onder verwijzing naar de kerncompetenties van het docentschap van integriteit, betrouwbaarheid en geloofwaardigheid oordeelt de rechter dat niet van werkgever kan worden verlangd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren of de docent te herplaatsten.

Blijf op de hoogte

Wilt u op de hoogte blijven van de laatste jurisprudentie voor het onderwijs? Meldt u zich dan aan voor onze nieuwsbrief met rechterlijke uitspraken.

Contact over dit onderwerp

Sjoerd Richters

Sjoerd Richters

Advocaat
Vestiging:
's-Hertogenbosch
Sector:
Overheid, Onderwijs
Expertteam:
Arbeidsrecht, Ambtenarenrecht
Telefoon:
073 - 613 13 45
Mobiel:
06 48 97 21 37

Gerelateerd

Jurisprudentie selectie Onderwijs – september 2024 150 150 Capra Advocaten

Jurisprudentie selectie Onderwijs – september 2024

Artikel

lees meer
Jurisprudentie selectie Onderwijs – mei 2024 150 150 Capra Advocaten

Jurisprudentie selectie Onderwijs – mei 2024

Artikel

lees meer
Jurisprudentie selectie Onderwijs – april 2024 150 150 Capra Advocaten

Jurisprudentie selectie Onderwijs – april 2024

Artikel

lees meer
Jurisprudentie selectie Onderwijs – december 2023 150 150 Capra Advocaten

Jurisprudentie selectie Onderwijs – december 2023

Artikel

lees meer
Jurisprudentie selectie Onderwijs – augustus 2023 150 150 Capra Advocaten

Jurisprudentie selectie Onderwijs – augustus 2023

Artikel

lees meer
Jurisprudentie selectie Onderwijs – augustus 2023 150 150 Capra Advocaten

Jurisprudentie selectie Onderwijs – augustus 2023

Artikel

lees meer

Blijf op de hoogte

Blijf op de hoogte over ontwikkelingen, interessante jurisprudentie en wetswijzigingen op het gebied van arbeidsverhoudingen binnen de sectoren overheid, onderwijs en zorg. Selecteer welke nieuwsbrieven u wilt ontvangen en wij houden u op de hoogte.

Vestiging Den Haag
Laan Copes van Cattenburch 56
2585 GC Den Haag
Telefoon 070-364 81 02
Fax 070-361 78 47
denhaag@capra.nl

Vestiging ‘s-Hertogenbosch
Willem van Oranjelaan 2
5211 CT ‘s-Hertogenbosch
Telefoon 073-613 13 45
Fax 073-614 82 16
s-hertogenbosch@capra.nl

Vestiging Zwolle
Terborchstraat 12
8011 GG Zwolle
Telefoon 038-423 54 14
Fax 038-423 47 84
zwolle@capra.nl

Vestiging Maastricht
Spoorweglaan 7
6221 BS Maastricht
Telefoon 043-7 600 600
Fax 043-7 600 609
maastricht@capra.nl