Een jaar geleden schreef Medisch Contact dat meer dan de helft van de artsen en geneeskundestudenten op de werkvloer grensoverschrijdend gedrag heeft ondervonden. Medio september 2024 boog de rechtbank Oost-Brabant zich over een hoofdopleider over wie 15-20 AIOS klachten hadden geuit. Op 24 oktober 2024 heeft de kantonrechter uitspraak gedaan: ontbinding afgewezen.
Hoe kan dat?
Het korte antwoord: ze deed haar andere werkzaamheden eigenlijk wel goed en het was onvoldoende duidelijk waar de klachten precies op zien.
De achtergrond
Eerst wat achtergrondinformatie: de werkgever is een erkende opleidingsinstelling voor psychiaters en werkneemster werkte sinds 2013 als (hoofd)opleider bij werkgever en was in 2020 benoemd tot hoogleraar aan de Universiteit Maastricht.
In 2022 zouden liefst 15-20 van de totaal 25 AIOS (‘Arts In Opleiding tot Specialist’) hebben geklaagd over een onveilig opleidingsklimaat in relatie tot de werkneemster. De RGS (‘Registratiecommissie Geneeskundig Specialisten’) heeft vervolgens besloten tot het instellen van intensief toezicht op de werkgever als opleidingsinstelling en daarnaast is de erkenning van de opleiding voor één jaar geschorst. Na een visitatie heeft de visitatiecommissie van RGS geadviseerd geen erkenning te verlenen vanwege een – jawel – onveilig opleidingsklimaat. De werkneemster heeft daarna – onder protest – haar functie als hoofdopleider tijdelijk neergelegd.
De andere werkgever van werkneemster – de Universiteit van Maastricht – heeft een onderzoek laten doen door een onderzoeksbureau naar werkneemster. Conclusie? Geen aanwijzingen voor sociale onveiligheid in relatie tot werkneemster.
Er zijn gesprekken geweest tussen de opleidingsinstelling en werkneemster over de (on)mogelijkheid van een terugkeer in haar functie (dan wel in een andere rol) en er is mediation beproefd, maar zonder resultaat.
De werkgever heeft zich vervolgens tot de kantonrechter gewend met het verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst vanwege een verstoorde arbeidsrelatie, dan wel ‘andere omstandigheden’ die maken dat de arbeidsovereenkomst niet kan voortduren.
Het oordeel
De kantonrechter wijst de verzochte ontbinding………. af.
Gelet op het feit dat 15-20 van de 25 AIOS hun beklag hadden gedaan, klinkt dat gek. Maar volgens de kantonrechter was er geen sprake van een ernstig en duurzaam verstoorde arbeidsverhouding. En ook dat klinkt misschien wel gek. Maar wat bleek? De werkgever was (en bevestigde dat ter zitting ook nog eens) zeer tevreden over de werkzaamheden die de werkneemster in de voorafgaande maanden had verricht (na het neerleggen van haar opleiderstaken) en er waren ook geen klachten meer over haar binnengekomen. Bij de rechter heeft de werkgever zelfs nog gezegd dat ‘het aanblijven als hoogleraar en psychiater nog steeds een oplossing voor de ontstane impasse zou zijn’. Volgens de kantonrechter kan er dan geen sprake zijn van een dusdanig verstoorde arbeidsverhouding die een beëindiging rechtvaardigt.
Kwalificeerde(n) de klacht(en) dan misschien wel als ‘andere omstandigheden’ op grond waarvan een einde gemaakt moest worden aan de arbeidsrelatie? Nee, ook daarvan was volgens de rechter geen sprake. Het was de kantonrechter bijvoorbeeld onvoldoende duidelijk waar de klachten van de AOIS nu eigenlijk op zagen. De werkgever bleek de melding(en) ook niet aan de rechter te hebben toegezonden. Waarom niet? Omdat de werkgever niet in het bezit bleek van de melding(en)! De werkgever bleek zich enkel te hebben gebaseerd op (algemene) conclusies van onder andere de RGS en de vertrouwenspersoon over anonieme meldingen. En dat terwijl er ook nog een onderzoek namens de Universiteit van Maastricht lag dat de werkneemster vrijpleitte… Desondanks had de werkgever – nota bene in strijd met de uitdrukkelijk daarover gemaakte afspraken – geen eigen onderzoek verricht naar (de juistheid van) de anonieme meldingen. De werkgever was simpelweg blijven voortborduren op een weg die was ingeslagen, terwijl daar volgens de kantonrechter onvoldoende objectieve argumenten voor waren en er zelfs contra-indicaties waren. Die “verkeerde keuze” van de werkgever moet volgens de rechter niet beloond worden met een succesvolle ontbinding.
Moraal van het verhaal
Het is goed als een werkgever een melding over ongewenst gedrag serieus oppakt. Maar met enkel de melding in de hand, is die er nog niet. Na ontvangst van een melding moet zorgvuldig te werk worden gegaan en moeten vooral geen overhaaste conclusies worden getrokken; bij anonieme meldingen geldt dat nóg meer.
Eens sparren? Capra Advocaten is gespecialiseerd in het doen van dit soort onderzoeken, dus neem gerust eens contact met ons op.
Contact over dit onderwerp
Tom Koomen
Gerelateerd
Grensoverschrijdend gedrag en de billijke vergoeding
Artikel
lees meerPast de medezeggenschapsstructuur nog bij de (gewijzigde) organisatie?
Artikel
lees meerUitschrijving uit het doelgroepregister = einde arbeidsovereenkomst?
Artikel
lees meerRechtsbescherming studenten in het MBO – eerste rechtspraak ABRvS
Artikel
lees meerJurisprudentie selectie Zorg – november 2024
Artikel
lees meerDaar zakt me de broek van af… een uitspraak over wangedrag in de zorg
Artikel
lees meer