Algemene Rekenkamer: inzicht in de inhuurtarieven en het verschil tussen de kosten van een docent in loondienst en een ingehuurde docent.
De problematiek van de krappe arbeidsmarkt in het onderwijs en de noodzaak om voorzieningen te treffen zodat de lessen doorgang kunnen vinden, zorgen ervoor dat onder meer oplossingen worden gezocht via inhuur van docenten.
Dergelijke oplossingen worden in toenemende mate toegepast in het voortgezet onderwijs, met name vanwege de flexibiliteit: aan de ingehuurde docent zit je als school niet langer vast dan strikt nodig. Maar er zitten soms ook forse financiële consequenties aan de externe inhuur. En ook hier geldt: een euro kan maar eenmaal worden uitgegeven en de extra kosten van externe inhuur kunnen niet worden besteed aan het primaire onderwijsproces.
Aanleiding voor onderzoek
De Algemene Rekenkamer heeft aanleiding gezien om de (extra) kosten van externe inhuur te onderzoeken. Aanleiding voor dit onderzoek was onder meer het signaal dat in 2023 door vele scholen is gegeven dat zij geen docenten via commerciële bureaus, of als zzp-er meer willen inhuren.
Dankzij het rapport ‘Focus op inhuur van docenten‘ heeft de Algemene Rekenkamer nu een inzicht gegeven in de extra kosten van inhuur. En wat blijkt: die kosten kunnen soms tweemaal zo hoog zijn als de kosten van een docent in vaste dienst. De extra kosten leiden er overigens in de meeste gevallen niet toe, dat de inhuurdocenten ook tweemaal zoveel verdienen als hun ‘cao-collega’s’. Sterker nog: ze hebben een gelijkwaardig salaris (met misschien een of twee periodieken meer).
De meerkosten zijn, aldus de Algemene Rekenkamer, in belangrijke mate toe te rekenen aan reserveringen (bijvoorbeeld voor het salaris tijdens vakantieperioden), aan de bureaumarge, maar ook aan de BTW, die scholen niet kunnen terugvragen.
Stoppen met inhuur?
De bedoeling van het onderzoek van de Algemene Rekenkamer is niet geweest om de doelmatigheid van deze bestedingen door scholen aan de orde te stellen, maar om de scholen inzicht te bieden in het kostenaspect. Op deze wijze zijn scholen in staat om een goede afweging te maken in voorkomende gevallen, als zij een oplossing moeten zoeken voor een al dan niet tijdelijke vacature.
Het stoppen met de inhuur van docenten via commerciële bureaus zal in elk geval een signaal afgeven aan die bureaus, dat zij hun verdienmodel moeten aanpassen. Maar soms ontkomt een school er niet aan om zich tot een bureau te wenden, als de nood erg hoog is. In dat geval heeft de Algemene Rekenkamer wel enkele tips: zo is de inhuur van een zzp-er goedkoper dan de inhuur via een commercieel bureau. Dat komt onder meer doordat zzp-ers die ingeschreven staan bij het Centraal Register Kort Beroepsonderwijs, niet BTW-plichtig zijn.
Een andere tip is, om over de prijs te onderhandelen, Wie de eerste tabel ziet in dit rapport, zal het ook opvallen dat de gemiddelde marge voor de bureaus, best hoog is en dat daar zeker ruimte in zit!
Tot slot
De onderwijsspecialisten van Capra advocaten kunnen u adviseren over de voors en tegens van flexibele ondersteuning in het onderwijs en over de contracten. Denk bijvoorbeeld ook aan het overnemen van docenten van een extern bureau en eventuele relatiebedingen waar zij aan gebonden zijn. Aarzel niet om contact op nemen als u een vraag hierover heeft: wij zijn u graag van dienst!
Contact over dit onderwerp
Ad Kerkhof
Gerelateerd
Rechtsbescherming studenten in het MBO – eerste rechtspraak ABRvS
Artikel
lees meerArbeidsongeschikte werknemer onbereikbaar. Wat nu?
Artikel
lees meerHet uur U nadert: vanaf 1 januari 2025 meer risico’s bij het inhuren van zzp’ers. Is uw organisatie er al klaar voor?
Artikel
lees meerMediation is vrijwillig…, of toch niet?
Artikel
lees meerWat te doen met zzp’ers nu de Belastingdienst volledig gaat handhaven?
Kennisbijeenkomst 29 augustus 2024
lees meerCAO akkoord Nederlandse Universiteiten
Artikel
lees meer